Meer gezondheidsproblemen, ook meer geluk en tevredenheid
Het gemiddelde rapportcijfer dat inwoners voor hun eigen gezondheid geven, is gelijk gebleven met een 7,5. De cijfers voor gelukkig voelen en tevredenheid met het leven zijn iets hoger geworden, in vrijwel alle wijken. In de dorpskernen en de latere nieuwbouwwijken liggen deze cijfers doorgaans wat hoger, en de noordelijke stadswijken scoren aan de lage kant.
Daartegenover zien we toenemende aantallen inwoners met belemmerende lichamelijke of geestelijke gezondheidsproblemen en hulpbehoevendheid. Dit geldt ook voor het voorkomen van chronische aandoeningen. Inwoners met gezondheidsproblemen en /of weinig geld zijn duidelijk minder tevreden over contacten en hun deelname aan de samenleving.
Het percentage dat verwacht dat de kwaliteit van het eigen leven erop achteruit zal gaan is toegenomen van 11 naar 17%. We zien dit met name bij ouderen.
Van de huidige 75-plussers in de gemeente heeft 82% een of meer chronische aandoeningen en heeft 35% te maken met beperkingen in de fysieke mobiliteit. Het percentage met een WMO-maatwerkvoorziening zien we oplopen met het toenemen van de leeftijd. De meest gebruikte voorziening is huishoudelijke hulp (HH). De prognose van de toekomstige bevolking wijst op een sterke groei van de groep 75-plussers. Dit zal grote consequenties hebben voor woningeisen en het beroep op ondersteunings- en gezondheidsvoorzieningen.
Informatie over de gezondheid van de jeugd in de gemeente is te vinden onder Opgroeien.
Links
- meer cijfers van de GGD
- cijfers per buurt of wijk: Gronometer, de buurtmonitor van de gemeente Groningen
WMO gebruik
Percentage inwoners met WMO-maatwerkvoorziening (4 typen en totaal), per jaarcohort 18 jaar e.o., 2022
Y-as rechts: Bevolkingsomvang per jaarcohort 18 jaar e.o., 2022
bron: gemeente Groningen
Ontwikkeling in de wijken
Een aantal noordelijke en oostelijke stadswijken laat een extra sterke afname zien van het percentage inwoners dat zijn eigen gezondheid goed of uitstekend vindt. Dit geldt vooral voor De Hoogte en Beijum, en ook voor de Indische buurt en Oosterparkwijk.
Ook de opmerkelijke gemiddelde toename van het zich gelukkig voelen, is niet te zien in De Hoogte, Indische buurt en Selwerd.
Gezien de bijzondere tijd (coronacrisis) waarin de enquête werd afgenomen is het gecompliceerd deze ontwikkelingen goed te duiden.
Gezondheid
Gemiddeld rapportcijfer dat inwoners geven aan hun gezondheid, 2022
De wijken met de laagste en de hoogste rapportcijfers vergeleken met de gemeente en elkaar.
We zien dat in een aantal wijken met de laagste rapportcijfers de ervaringen iets zijn verbeterd.
bron OIS Groningen, enquête leefbaarheid,
Geluk
Inwoners die zeggen zich de afgelopen twee weken gelukkig te hebben gevoeld uitgedrukt in een rapportcijfer, 2022
De wijken met de laagste en de hoogste gemiddelde rapportcijfers vergeleken met de gemeente en elkaar. De gemiddelde toename van het zich gelukkig voelen, is goed zien in ondermeer De Hoogte en enkele buitenwijken.
bron OIS Groningen, enquête leefbaarheid,
Inleiding: lichamelijk - en psychosociaal functioneren
In dit onderdeel wordt verschillende informatie geboden over de (objectieve) gezondheidstoestand van de Groninger volwassenen en hun (subjectieve) percepties ten aanzien van de eigen gezondheid - en breder de kwaliteit van het eigen leven. De mate waarin een persoon 'fysiek' gezond is en zich gezond voelt zijn belangrijke pijlers wanneer het gaat om het in beeld brengen van de kwaliteit van de leefsituatie van een persoon, zowel als een voorwaardelijke 'hulpbron' als ook als een resulterende 'uiting' ervan. Immers, een goede gezondheid heeft een positieve uitwerking op de kwaliteit van andere relevante leefdomeinen, daarnaast is de mate van gezondheid ook van directe invloed op hoe iemand de kwaliteit van het eigen leven ervaart.
We beginnen dit deel dan ook met deze subjectieve kant van de kwaliteit van leven - of welbevinden - van een persoon. Waarbij de waardering van het leven zelf in al haar facetten - als langere termijn - en de mate van ervaren geluk - als kortere termijn - twee belangrijke uitkomstmaten zijn.
Vervolgens wordt in dit deel het begrip gezondheid vanuit het perspectief van de (biologische) toestand verder verkent. Hierbij wordt zowel de fysieke gezondheid - en de mate waarin sprake is van de aan- of afwezigheid van onder meer lichamelijke aandoeningen en beperkingen - als ook de mentale gezondheid - en de mate waarin sprake is van de aanwezigheid van onder meer psychosociale problematiek - tegen het licht gehouden.
In het deel 'Leef- en gezondheidspatronen' wordt ingegaan op een aantal belangrijke uitingen van gedrag die van grote invloed zijn op de mate van gezondheid en de levensloop ten aanzien hiervan van personen. Tenslotte wordt in het deel 'Eigen kracht, weerbaarheid en zelfregie' wordt ingegaan op het begrip gezondheid vanuit het perspectief van hetvermogen van personen - en de mate waarin men in staat is (dagelijkse) levensverrichtingen zelfstandig of met georganiseerde ondersteuning te kunnen verrichten.
Zie hier ook de cijfers van de GGD, GGD Groningen in cijfers.
Inleiding: algemeen welbevinden
Een veel gebruikte manier om een beeld te schetsen van het ‘brede’ welzijn van de bevolking is om personen zelf te bevragen naar hun eigen welbevinden. Via deze weg - de eigen percepties van mensen - wordt het begrip ‘kwaliteit van leven’ dus vanuit een subjectieve benadering ingestoken. We doen dit aan de hand van (tenminste) een tweetal brede uitkomstmaten; ten eerste brengen we de algehele waardering van inwoners over het eigen leven - in al haar facetten - in beeld, ten tweede kijken we naar de mate waarin personen (recent) geluk hebben ervaren.
De eerste indicator biedt hierbij inzicht in (de subjectieve kant van) de kwaliteit van leven van personen vanuit een meer middellang tijdsperspectief (robuuster), bij de tweede indicator wordt het accent op de korte termijn gelegd (vluchtiger). Naast deze brede uitkomstmaten kijken we in onze monitor ook naar verschillende onderliggende facetten die van invloed (kunnen) zijn op het welbevinden van mensen, zoals de eigen gezondheidsbeleving en de mate waarin mensen belemmeringen ondervinden in het kunnen functioneren in het alledaagse. Deze onderdelen worden elders in deze rapportage behandeld.
Uitgedrukt in een rapportcijfer was de waardering voor het eigen leven in 2022 een 7,4, in 2020 was dit cijfer nog een 7,2. In de nieuwere buitenwijken, zoals Gravenburg, De Hunze en Hoornse Park, als ook in de dorpen stemt het eigen leven doorgaans het meeste tot tevredenheid. De Indische Buurt, Vinkhuizen, de Hoogte en Tuinwijk/Oranje en Noorderplantsoenbuurt scoren lager, het laagste van de gehele gemeente.
Wanneer we kijken naar de toekomstverwachting van mensen aangaande de kwaliteit van hun leven, dan valt te constateren dat deze gematigd positief is. Ongeveer 17% van de mensen verwacht dat dit de komende 2 jaar achteruit zal gaan, dit is wel een veel hoger percentage dan in 2020, toen was het 11%. We zien met name bij de groep ouderen dat dit onderdeel doorgaans wat minder hoopvol scoort. Met name in die gebieden waar relatief veel ouderen wonen zijn de percentages logischerwijs het minst gunstig, zoals in Vinkhuizen, Haren, Hoogkerk en Ten Boer (allen ruim boven de 20%).
Uitgedrukt in een rapportcijfer was de waardering voor geluk in het leven in 2022 een 7,2. Ten opzichte van de voorgaande meting uit 2020 is dit cijfer omhoog gegaan (toen een 7,0). Wel zijn er binnen de gemeente duidelijke verschillen in de mate waarin mensen geluk ervaren. Het minst gelukkig blijken de bewoners van De Hoogte, Indische Buurt, Tuinwijk, Oranje- en Noorderplantsoenbuurt en Vinkhuizen te zijn. Ook bij dit thema zien we dat de scores in de latere nieuwbouw wijken en in de dorpse kernen het meest gunstig zijn.
Diverse aspecten van de gezondheid
Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt zich de afgelopen 2 weken gelukkig te hebben gevoeld, een goede gezondheid ervaart, last heeft van (geestelijke of lichamelijke) belemmeringen en hulp heeft gekregen vanwege de gezondheid (ontwikkeling 2018-2022)
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Ervaren kwaliteit van leven
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt (zeer) tevreden te zijn over de eigen kwaliteit van het leven (ontwikkeling 2020-2022)
De ongunstigst scorende wijken vergeleken met de gemeente en de meest gunstig scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Toekomstverwachting kwaliteit van leven
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat aangeeft te verwachten dat de kwaliteit van het eigen leven de komende twee jaar achteruit zal gaan (ontwikkeling 2018-2022)
De ongunstigst scorende wijken vergeleken met de gemeente en de meest gunstig scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Inleiding: gezondheidsbeleving
De inwoners van de gemeente Groningen zijn overwegend positief over de eigen gezondheid, uitgedrukt in een rapportcijfer komt de gezondheid uit op een 7,5.
De mate van waardering die we bij dit thema terug zien vertoont een zekere samenhang met onder meer de levensfase waarin personen zich bevinden. De (relatief) ‘jonge’ bevolkingsopbouw van de gemeente heeft in dit opzicht dan ook een positieve invloed op het gemeentelijke resultaat en maakt dat Groningen ook vanuit landelijk perspectief relatief gunstig scoort.
Binnen de gemeente zien we dat de buurten en wijken waar naar verhouding meer ouderen wonen doorgaans wat lager scoren, de dorpse kernen in het zuiden van de gemeente vormen in dit opzicht een positieve uitzondering. Met name daar waar het gebieden betreft waar ook relatief veel huishoudens wonen met kwetsbaarheden op andere levensdomeinen - zoals armoede en schulden - vallen de minst gunstige uitkomsten te noteren. In de Armoedemonitor 2019 kwam aan het licht dat de gezondheidsbeleving van mensen met een huishoudensinkomen onder of rond het sociale minimum beduidend negatiever is dan van de groep boven dit minimum. Deze samenhang rechtvaardigt ook eens te meer de noodzakelijke brede blik op gezondheid - en armoede.
Ervaren gezondheid
Inwoners die de eigen gezondheid als (zeer) goed ervaren uitgedrukt in een rapportcijfer.
De ongunstigst scorende wijken vergeleken met de gemeente en de meest gunstig scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Lichamelijke en psychische gezondheid
Voor de cijfers is gebruik gemaakt van de gezondheidsmonitor van de GGD Groningen. De GGD doet een maal in de vier jaar onderzoek naar de gezondheid van de bevolking van de provincie Groningen, de cijfers zijn uitgesplitst naar gemeente en soms ook naar buurt.
Voor een uitgebreider overzicht van de cijfers per gemeente of een verdieping naar verdere achtergronden kunt u het informatiesysteem Databank van de GGD Groningen raadplegen.
Chronische aandoeningen (gemeente vergeleken)
% Personen (19 jaar e.o.) dat aangeeft één of meerdere chronische aandoeningen te hebben, Groningen vergeleken met de provincie (2012-2020)
bron: GGD Groningen, Gezondheidsmonitor volwassenen
Chronische aandoeningen naar leeftijd en opleidingsniveau
Ervaren geluk
Inwoners die zeggen zich de afgelopen twee weken gelukkig te hebben gevoeld uitgedrukt in een rapportcijfer.
De ongunstigst scorende wijken vergeleken met de gemeente en de meest gunstig scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Ervaren geluk naar leeftijd
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt zich de afgelopen 2 weken (zeer) gelukkig te hebben gevoeld naar leeftijdsgroep, 2021
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Beperkingen naar soort beperking
% Personen (19 jaar e.o.) dat aangeeft beperkingen te ondervinden naar soort beperking, 2020
bron: GGD Groningen, Gezondheidsmonitor volwassenen
Psychosociale gezondheid (gemeenten en provincie vergeleken)
% Personen (19 jaar e.o.) met een matige tot slechte psychische gezondheid (matig tot hoog en hoog risico op een angststoornis of depressie) (ontwikkeling 2012- 2020)
bron: GGD Groningen, Gezondheidsmonitor volwassenen
Psychosociale gezondheid - naar leeftijd en opleidingsniveau
% Personen (19 jaar e.o.) met een matige tot slechte psychische gezondheid (matig tot hoog en hoog risico op een angststoornis of depressie) naar leeftijdsgroep en opleidingsniveau, 2020
Opleidningsniveau: Laag = basisonderwijs, VMBO, Middel = MBO/HAVO/VWO, Hoog = HBO/WO
bron: GGD Groningen, Gezondheidsmonitor volwassenen
Inleiding: leef- en gezondheidspatronen
De wijze waarop mensen hun leven inrichten is van invloed op het aantal gezonde levensjaren en hun uiteindelijke levensverwachting. Een ongezonde leefstijl gaat veelal gepaard met een kortere levensduur en een hogere ziektelast, daarnaast kan dit ook een negatieve uitwerking hebben op hun (directe) omgeving. Zo kan een ongezonde leefsituatie bij gezinnen met kinderen gevolgen hebben voor de gezondheid en ontwikkeling van kinderen zelf.
Bewustwording rondom 'gezond gedrag' en leefstijlaanpassingen als gevolg ervan hebben daarmee een positieve invloed op de volksgezondheid in het algemeen. Het is dan ook van belang om te kijken naar de leefstijl die inwoners van de gemeente Groningen erop na houden, de gezondheidspatronen die hierin tot uitdrukking komen en de ontwikkelingen die hierbinnen te zien zijn. Het gaat hier dan bijvoorbeeld om roken en het gebruik van andere genotmiddelen als alcohol en drugs, maar ook om de mate van lichaamsbeweging en de voedingswijze.
Er wordt in dit deel begonnen met het kijken naar de mate waarin volwassenen bewegen en het lichaamsgewicht van volwassenen. Overgewicht en obesitas (ernstig overgewicht) kunnen leiden tot diverse ziekten en aandoeningen, waaronder diabetes, hart- en vaatziekten, hartfalen en een beroerte. Ook een hoge bloeddruk en een verhoogd cholesterolgehalte kunnen veroorzaakt worden door overgewicht. Vanwege de sterke oorzakelijke relatie met het ontstaan van ziekten, draagt overgewicht er gemiddeld genomen toe bij dat een persoon een relatief groot aantal gezonde levensjaren verliest. (GGD Groningen, 2016)
De kans op (ernstig) overgewicht wordt kleiner wanneer mensen op regelmatige basis bewegen. Volwassenen die voldoende lichaamsbeweging krijgen voelen zich doorgaans fitter en hebben een verkleinde kans op verschillende ziekten, daarnaast kan voldoende beweging het verloop van een aantal chronische aandoeningen ook gunstig beïnvloeden. Er wordt aan de hand van de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) aan volwassenen geadviseerd om minimaal een half uur per dag, gedurende 5 dagen per week, matig-intensief te bewegen.
In het navolgende worden deze en enkele andere relevante onderdelen uitgelicht en in cijfers weergegeven. Voor een uitgebreider overzicht aan cijfers en extra achtergrondinformatie kunt u de Gezondheidsmonitor GGD Groningen raadplegen.
Beweging volwassenen
In 2020 voldeed ca. 58% van de volwassenen in de gemeente Groningen aan de Nederlandse norm Gezond Bewegen (NNGB). Daarmee is het aandeel personen dat voldoende beweegt iets gedaald ten opzichte van 2016. Groningen scoort hiermee hoger dan het landelijke gemiddelde.
Wanneer we kijken naar de mate van bewegen tussen verschillende leeftijdscategorieën (gebaseerd op provinciale cijfers), dan valt op dat hoe jonger de groep volwassenen is, hoe meer mensen aan de beweegnorm voldoen. Ook voldoen hoog opgeleiden meer aan de beweegnorm dan laag opgeleiden.
Ook tussen de wijken in de gemeente Groningen zijn er verschillen op dit vlak te constateren, zo voldoen volwassenen in het Centrum en de omliggende wijken wijken van de stad gemiddeld genomen beduidend vaker aan de beweegnorm dan elders in de stad.
Zie voor de verschillen per wijk ook het buurtinformatiesysteem Gronometer
Gezond bewegen volwassenen
% Personen (19 jaar e.o.) dat voldoet aan de beweegnorm, gemeente en provincie vergeleken (2016-2020)
bron: GGD, Gezondheidsmonitor volwassenen
Gezond bewegen
Geschat % personen (19 jaar e.o.) dat voldoet aan de beweegnorm naar leeftijdsgroep en opleidingsniveau, 2020
bron: GGD, Gezondheidsmonitor volwassenen
Overgewicht
Ca. 40% van de volwassenen in de gemeente kampte in 2022 met matig tot zwaar overgewicht. Het percentage personen dat daadwerkelijk tot de categorie 'obesitas' gerekend kan worden bedroeg in 2020 9%. Ten opzichte van de voorgaande meting uit 2012 is een stijging in het aandeel personen met overgewicht te constateren.
De scores binnen verschillende leeftijdscategorieën (gebaseerd op provinciale cijfers) laten een beeld zien dat sterke overeenkomsten vertoond met dat van de beweegnorm. In de leeftijd van 19 t/m 34 jaar is het percentage volwassenen met overgewicht veel lager in vergelijking met dat van de oudere groepen volwassenen. Daarnaast is ook het gemiddelde opleidingsniveau zichtbaar in de resultaten (2020).
Kijken we naar gender dan zien we dat er bij mannen iets vaker sprake is van overgewicht dan bij vrouwen, bij vrouwen komt daarentegen obesitas wel weer vaker voor. Daarnaast valt te constateren dat bij laagopgeleide volwassenen overgewicht vaker voorkomt dan bij hoogopgeleiden. Obesitast komt bij laagopgeleiden zelfs 4 keer zo vaak voor als bij hoogopgeleiden.
De verschillen tussen de buurten en wijken in de gemeente Groningen zijn significant, zo zijn er bijvoorbeeld duidelijke verschillen te constateren tussen het Centrum en omliggende schilwijken enerzijds en de rest van de gemeente anderzijds. De leeftijdsopbouw en gezinssamenstelling van de verschillende wijken laat zich duidelijk terug zien in het geografische patroon waar het gaat om overgewicht.
Overgewicht naar leeftijd
% Personen dat kampt met (matig + obesitas) overgewicht volwassenen, 2022, zelf gerapporteerd,
bron: GGD, Gezondheidsmonitor volwassenen en wegingen
Overgewicht naar opleidingsniveau
Alcoholgebruik volwassenen
Alcoholgebruik onder volwassenen, in de gezondheidsenquête van de GGD worden een aantal vragen gesteld over alcoholgebruik.
In de figuren staat het overmatig alcoholgebruik onder volwassenen. Overmatig is meer dan 14 glazen per week voor mannen of 7 glazen per week voor vrouwen.
Overmatig drinken, Groningen vergeleken
% personen (19 jaar e.o.) dat overmatig drinkt, gemeente en provincie Groningen, 2012-2020
bron: GGD, Gezondheidsmonitor volwassenen
Overmatig drinken naar leeftijdsgroep en opleidingsniveau
Roken en drugsgebruik
Het aandeel volwassenen van de gemeente Groningen dat rookte in 2020 bedroeg ca. 23%, in 2002 was dit percentage nog 35%. Dit is beduidend boven het landelijk gemiddelde lag. Ook in vergelijking met andere grote steden ligt het percentage relatief hoog.
Tussen de buurten en wijken in de stad zijn er duidelijke verschillen. In het Centrum en vooral de hier aan grenzende wijken wordt het meest gerookt. In de nieuwe buitenwijken en in Haren en Ten Boer wordt beduidend minder gerookt.
Cannabisgebruik onder volwassenen van 19 tot en met 64 jaar is bekend tot en met 2016, voor de jeugd hebben we cijfers van 2019, in de grafieken staat het percentages mensen dat het afgelopen jaar cannabis heeft gebruikt.
Roken volwassenen
% Personen (19 jaar e.o.) dat zegt (regelmatig) te roken, gemeente en provincie vergeleken (2012 -2020)
bron: GGD, Gezondheidsmonitor volwassenen
Cannabis gebruik van volwassenen
Cannabisgebruik onder de jeugd
% Jongeren dat de afgelopen maand cannabis heeft gebruikt, naar school en schoolklas, 2019
bron: GGD, Gezondheidsmonitor jeugd
Cannabis gebruik naar wijk
% Personen (19 jaar e.o.) dat zegt (wel eens) drugs (cannabis) te hebben gebruikt (2016)
bron: Gezondheidsmonitor volwassenen (en ouderen) 2016 (GGD Groningen; 2017)
Inleiding: eigen kracht, weerbaarheid en regie
Hebben mensen grip op hun eigen leven. Kunnen ze zich zelf redden en als dat niet (goed) kan, zijn ze dan in staat zelf hulp te regelen. En hoeveel mensen krijgen al hulp. Daarover gaat eigen kracht, weerbaarheid en regie.
Van de inwoners van Groningen heeft 86% grip op het eigen leven. Als er hulp nodig is kan 91% dit regelen (ja plus neutraal) 32% krijgt hulp vanwege de gezondheid of gesteldheid.
Ruim 80% van de volwassen inwoners zegt bijna alles te kunnen doen waar hij zijn zinnen op heeft gezet. Bijna 90% denkt belangrijke dingen in zijn leven zelf te kunnen veranderen. We kunnen stellen dat zij de regie over hun eigen leven voeren. Lagere percentages zien we onder meer in Hoogkerk en Vinkhuizen.
Grip op het leven (wijken vergeleken)
% Personen (19 jaar e.o.) dat het ONEENS is met de stelling dat ze weinig kunnen doen om dingen in het leven te veranderen, 2018-2022
Inwoners die het oneens zijn met de stelling dat ze weinig kunnen doen om belangrijke dingen in leven te veranderen (oneens+neutraal)
De laagst scorende wijken vergeleken met het gemeentelijk gemiddelde en de hoogst scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Inleiding: beperkingen bij levensverrichtingen
Gemeentelijk geeft 40% van de inwoners aan zich (sterk) belemmerd te voelen bij het uitvoeren van dagelijkse levensverrichtingen vanwege gezondheidsbeperkingen. Daarmee is een stijging te zien ten opzichte van 2018 en 2020, toen bedroeg dit respectievelijk 34% en 37%. Er is sprake van een duidelijke samenhang tussen de aanwezigheid van gezondheidsbeperkingen enerzijds en de levensfase van een persoon anderzijds. De leeftijdsopbouw van buurten en wijken is dan ook een belangrijke verklarende factor voor de verschillen die op dit terrein binnen de gemeente te zien zijn.
Daarnaast kunnen ook sociaaleconomische factoren van invloed zijn op de gezondheidstoestand van mensen (en uiteraard andersom). Ook deze samenhang zien we hier terug in de geografische patronen; doorgaans scoren de gebieden waar relatief veel sociaaleconomisch kwetsbare huishoudens wonen ook hoger waar het gaat om de aanwezigheid van gezondheidsbeperkingen en de mate waarin zij belemmeringen ervaren in het alledaagse, en visa versa. De minst gunstig scorende wijk is Corpus den Hoorn, waar 47% van de bewoners belemmeringen ervaart, gevolgd door Beijum (46%) en de Indische Buurt, Vinkhuizen, Selwerd en Ten Boer (45%)
Het percentage inwoners dat aangeeft daadwerkelijk hulp te hebben ontvangen in de afgelopen 12 maanden is 32%. Net als bij de indicator ten aanzien van de ervaren belemmeringen door gezondheidsbeperkingen, zien we ook hier in 2022 een stijging ten opzichte van 2018 en 2020: 26% in 2018 en 27% in 2020. Qua verschillen tussen buurten en wijken komt eveneens een overeenkomstig beeld naar voren, met Corpus den Hoorn, de Indische Buurt, en nu ook de Oosterpark als hoogst scorende buurten met 37%. De uitsplitsingen naar soort en ondersteuner zijn bekend voor 2018.
Ervaren gezondheidsbelemmeringen
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt zich (sterk) belemmerd te voelen door lichamelijke en/of geestelijke gezondheidsproblemen bij dagelijkse bezigheden thuis, op school, in uw werk of in de vrijetijdsbesteding (ontwikkeling 2018-2022)
De laagst scorende wijken vergeleken met het gemeentelijk gemiddelde en de hoogst scorende wijken.
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Hulp vanwege gezondheid
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt in de afgelopen 12 maanden hulp te hebben ontvangen van anderen vanwege gezondheidsproblemen of andere beperkingen (ontwikkeling 2020-2022)
Dezelfde wijken vergeleken als bij de grafiek van de belemmeringen
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Hulp vanwege gezondheid - naar ondersteuner
% Bewoners (18 jaar e.o.) met ontvangen hulp per soort ondersteuning, naar type ondersteuner (2018)
De gegeven percentages betreffen telkens het aandeel personen dat hulp krijgt van de betreffende ondersteuner op het totaal van de groep dat de betreffende soort ondersteuning krijgt (en daarmee dus niet op het totaal dat een vorm van ondersteuning krijgt).
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Zelf hulp regelen indien nodig
% Personen (19 jaar e.o.) dat aangeeft zelf hulp te kunnen organiseren als dat nodig is (eens + neutraal), 2020 en 2022
bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Sterfte naar leeftijd en geslacht
Aantal overlijdens naar leeftijd en geslacht, 2022
Het gemiddeld aantal overlijdens per jaar van inwoners van de gemeente Groningen was in de periode 2019-2022 1.820 personen per jaar.
bron: CBS, bewerkt OIS Groningen
Sterfte naar leeftijd en oorzaak van overlijden
Het percentage overlijdens naar leeftijdsgroep, geslacht en oorzaak van overlijden, 2021-2022
Zie voor sterftecijfers in de gemeente de bevolkingsmutaties onder het thema bevolking
Niet natuurlijke doodsoorzaken zijn onder meer ongelukken en zelfdoding.
bron: CBS, bewerkt OIS Groningen
Vroeggeboorte en sterfte ronde de geboorte
Vroeggeboorte, zuigelingensterfte en sterfte rond de geboorte, de gemeente Groningen vergeleken met Nederland, 2018-2021
Aantal geboorten met een combinatie van laag geboortegewicht voor de zwangerschapsduur en/of vroeggeboorte (zwangerschapsduur < 37 weken). Het betreft gemiddelden over de voorgaande 5 jaar.
Aantal perinatale overlijden per 1.000 geboorten. Perinatale sterfte is als een foetus vanaf 24 weken zwangerschap komt te overlijden, of als een baby in de eerste 7 dagen na de geboorte overlijdt. Het betreft gemiddelden gemeten over de voorafgaande 5 jaar.
Zuigelingensterfte: levendgeborenen die voor het eerste levensjaar zijn overleden.
bron: CBS, via waarstaatjegemeente.nl