Toename aantal sporters
Driekwart van de inwoners heeft minstens eens per week contact met familie, vrienden of goede kennissen. Er is duidelijke samenhang tussen de soort contacten en het type bewoners van wijken. In typische studentenwijken als de Binnenstad en de Professorenbuurt is veel contact met vrienden. In de nieuwere buitenwijken en dorpen valt juist het contact met buren en buurtgenoten positief op. Familiecontacten zien we veel in Hoogkerk, Ten Boer en de noordelijke stadswijken.
Iets minder inwoners dan in 2018 vinden dat ze voldoende contacten hebben (van 95 naar 91 procent).
Duidelijk minder inwoners zijn tevreden over de manier waarop zij deelnemen aan de samenleving in de gemeente. Door corona zijn allerlei activiteiten minder (vaak) mogelijk geweest in het jaar vóór de enquête (najaar 2020).
Er zijn vooral minder inwoners die wel eens cultuur bezochten (film, theater, concert, museum, braderie, festival of evenement), maar toch nog rond de 80 procent. Het percentage inwoners dat wekelijks sport, is toegenomen van 59 naar 66 procent sinds 2018.
Tevredenheid over contacten en ook deelname aan de samenleving zijn duidelijk lager bij inwoners met weinig geld en/of gezondheidsproblemen. Zij zeggen vaker onvoldoende contacten te hebben, en hebben ook minder frequente contacten. In beide groepen zijn er meer met contacten die ze alleen via internet kennen. Mensen met een belemmering hebben evenveel contact met hun buren en buurtgenoten als anderen. Bij sporten, uitgaan en cultuur zijn wel duidelijke verschillen te zien, maar bij creatieve hobby’s, wijkgebouwen en levensbeschouwing niet.
Meedoen in de samenleving
Meedoen in de samenleving per wijk, 2020
Meedoen in de samenleving is:
Een sociaal netwerk: voldoende sociale contacten, mensen om mee te praten of om advies te vragen. Dit kunnen familieleden zijn, maar ook kennissen of buren.
Sociaal culturele deelname, onder anderen sporten, bezoek musea of theaters of naar de kerk. Ook activiteiten bezoeken in een buurtcentrum vallen hieronder.

Oranje: de inwoners in de wijk nemen relatief minder deel aan de samenleving en groen is: de inwoners in de wijk doen relatief meer mee in de samenleving.
bron: Enquête leefbaarheid, OIS Groningen
Voldoende contacten
Inwoners met voldoende sociale contacten, 2020
Sociale contacten kunnen zijn, vrienden of familie maar ook buren. Voldoende mensen om echt mee te kunnen praten.

Oranje: de inwoners in de wijk hebben relatief minder sociale contacten en groen is: de inwoners in de wijk doen relatief meer sociale contacten.
In de gemeente als totaal vindt 91 procent (2020) van de inwoners dat ze voldoende sociale contacten hebben.
bron: Enquête leefbaarheid, OIS Groningen
Inleiding: sociaal-culturele participatie
Dit onderdeel gaat over actief aan sport doen en het ontplooien van culturele activiteiten. Het gaat dan om het zelf ontplooien én het bezoeken van culturele uitingen.
Hieronder vindt u enkele relevante ontwikkelingen op dit thema. Voor cijfers per buurt of wijk kunt u terecht in het buurtinformatiesysteem Gronometer.
Toelichting: sport- en cultuurbeoefening
Van de volwassen inwoners van de gemeente Groningen deed 84% in 2020 actief aan sport. En 66% deed dit op wekelijkse basis; een duidelijke toename sinds 2018 (59%). De percentages in de verschillende buurten, wijken en dorpen lopen zeer uiteen; zo geeft 92% van de mensen in de Schildersbuurt aan dat zij wel eens sporten, en in Hoogkerk is dit 73% is. Er is een duidelijke relatie te zien met de leeftijd en levensfase van inwoners. In wijken waar veel studenten wonen liggen de percentages sporters hoog en in wijken waar veel ouderen wonen zijn minder sporters.
Iets minder dan de helft (47%) van de geënquêteerde inwoners in 2020 zegt lid te zijn van een sportvereniging of sportschool. Ook hier is de invloed van de leeftijdsverdeling terug te zien in de cijfers op buurt- en wijkniveau. Wel lijkt de relatie met de inkomenssituatie hier sterker naar voren te komen. Zo scoort De Hoogte met 37% bijvoorbeeld naar verhouding lager dan verwacht zou worden op basis van de leeftijdsopbouw en mate van sportbeoefening. Lewenborg en Beijum scoren met respectievelijk 34 en 35% het laagste.
In de gemeente Groningen geeft 31% van de volwassen inwoners aan wel eens creatieve hobby’s uit te oefenen, zoals het bespelen van een muziekinstrument, aan dansen te doen of te schilderen. Dit is iets meer dan in 2018 (28%). Er zijn verschillen tussen buurten, wijken en dorpen, ook bij ontwikkelingen in de tijd. In de buurten in en rond het centrum liggen de percentages doorgaans hoger, zoals in de Binnenstad en de Professorenbuurt. In de (wat oudere) buitenwijken en dorpen zijn juist wat minder inwoners die een creatieve hobby beoefenen. Verklaringen hiervoor vinden we mogelijk in de levensfase en het ‘leefstijlprofiel’ *.
* Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u het onderdeel over leefstijlprofielen raadplegen bij 'Samenstelling bevolking' in het beleidsthema ‘Bevolking’ .
Sporten van de inwoners
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt (wel eens) actief te sporten oen wat zegt lid te zijn van een sportvereniging. of sportschool (ontwikkeling 2018-2020)
Bron: OIS Groningen, Enquête leefbaarheid
Sporten naar leeftijd
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt (wel eens) actief te sporten oen wat zegt lid te zijn van een sportvereniging. of sportschool naar leeftijdsgroep, 2020
Bron: OIS Groningen, Enquête leefbaarheid
Creatieve hobby beoefenen
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt (wel eens) creatieve hobby's uit te oefenen, zoals muziek spelen, dansen, schilderen, e.d. (ontwikkeling 2018-2020)
Het gaat hier om creatieve hobby's als muziek maken, toneel, dansen, schilderen (een keer per maand of vaker)
Bron: OIS Groningen, Enquête leefbaarheid
Creatieve hobby 's naar leeftijd
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt (wel eens) creatieve hobby's uit te oefenen, zoals muziek spelen, dansen, schilderen, e.d. naar leeftijdsgroep, 2020
Bron: OIS Groningen, Enquête leefbaarheid
Toelichting: cultuur deelname en overig uitgaan
Het grootste deel van de inwoners van de gemeente gaat er wel eens op uit om naar een film, theater, concert of museum te gaan. In 2020 was dit 85% van de volwassen inwoners. Ook andere soorten van uitgaan scoren hoog. Zo bezocht 78% van de volwassenen in 2020 wel eens een festival, braderie of evenement, en 61% kwam wel eens in een café, restaurant of discotheek.
De verschillen tussen 2018 en 2020 zijn groot, mogelijk zien we hier de invloed van corona. Er zijn ook verschillen tussen de wijken. Zo ligt voor de hand dat vooral inwoners van de studentenwijken er regelmatig opuitgaan, en ook bij inwoners met een hoger inkomen is dit het geval. In de Armoedemonitor van 2016 werd dit beeld al eens bevestigd door bij (sociaal-culturele) participatie specifiek te kijken naar de verschillen tussen de groepen minima en niet-minima.
Een duidelijk ander beeld komt naar voren wanneer we kijken naar het bezoek van activiteiten in een wijkgebouw, bibliotheek of cultureel centrum. Gemiddeld genomen brengt ongeveer 46% van de inwoners hieraan wel eens een bezoek. Met name in de dorpen en in in en rond de Binnenstad ligt dit beduidend hoger. Dit lijkt samen te hangen met de levensfase en leefstijl van de inwoners, en de mate van gemeenschapszin onder buurt-, wijk of dorpsbewoners. Zo valt er een duidelijke samenhang te constateren met de sociale binding en - cohesie in de gebieden.
Bezoek film, concert of museum
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt één keer per maand of vaker een culturele activiteit als een film, theater, bibliotheek of café te bezoeken (ontwikkeling 2018-2020 naar soort )
Bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid
Bezoek bijeenkomst kerk, moskee of andere levensbeschouwelijke groep
% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt één keer per maand of vaker een kerk, moskee, of andere godsdienstige of levensbeschouwelijke bijeenkomst te bezoeken (ontwikkeling 2018-2020)
Bezoeken van bijeenkomsten van een kerk, moskee of andere levensbeschouwelijke groep
De laagst scorende wijken en de hoogste scorende wijken vergeleken met het gemiddelde.
In 2020 bezocht 18% van de volwassenen in de gemeente wel eens een religieuze of andere levensbeschouwelijke bijeenkomst. In 2018 was dit met 20% iets meer. Het percentage is hoger in Ten Boer (36%), maar ook in wijken en dorpen als Oosterhaar, Vinkhuizen, Hoogkerk en Selwerd (allen rond de 25%). In de buurten in en rond de binnenstad liggen deze percentages veelal een stuk lager.
Bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid