Energiecrisis werkt door in rondkomen en kwaliteit van leven

De Enquête leefbaarheid laat een toename zien van het aantal inwoners dat moeite heeft met rondkomen: van 9 naar 15%. Het meest genoemde probleem waarvan de inwoners vinden dat het met voorrang moet worden aangepakt is werkloosheid/armoede/ schulden in een aantal noordelijke stadswijken.

In 2021 leeft 11,8 % van de huishoudens in de gemeente Groningen rond het sociaal minimum (110%), landelijk is dit 6,8 %. Het gaat daarbij ook om ongeveer 2.900 minderjarige kinderen. Nog altijd is de grootste risicofactor bij opgroeien een slechte financiële situatie van het gezin.

Uit eerder onderzoek weten we dat armoede niet alleen een kwestie van geld is. Bij mensen met weinig geld zien we bijvoorbeeld meer eenzaamheid , en minder geluksgevoelens, minder ervaren gezondheid en minder mensen op wie ze kunnen terugvallen als het tegenzit. Hoe langer de armoedesituatie duurt hoe groter deze verschillen worden.

Zie voor een andere vorm van armoede, energiearmoede onder wonen: Energie.

Het aantal inwoners met een bijstandsuitkering (participatiewet) daalt al tweeënhalf jaar en ligt begin 2023 op 9.000.

thema rondkomen.jpg

Percentage huishoudens in armoede

Laatst aangepast: 22-02-2024

Percentage huishoudens in armoede naar type huishouden, Groningen vergeleken met Nederland, 2022

bron: CBS inkomensstatistieken

Minima

Laatst aangepast: 16-04-2024

Armoede en minima, 2022, wijken vergeleken.

Percentage mensen in armoede, de armoede in de figuur is samengesteld uit:

  • Minima huishoudens
  • Kinderen in minima huishoudens
  • Lage inkomens (exclusief studentenhuishoudens)
  • Inwoners die aangeven moeite te hebben om rond te komen.
  • Inwoners die niet verwachten dat hun inkomen vooruit zal gaan.

Armoede, subjectief en objectief

Oranje is relatief veel minima en groen is relatief weinig minima

bron: CBS inkomensstatistieken en enquête leefbaarheid (OIS Groningen)

Werkloosheid in de gemeente

Laatst aangepast: 15-03-2022

Werkloosheid uitgedrukt in Geregistreerd Werkzoekenden UWV (GWU), percentages van de buurten vergeleken, 2023

GWU_buurt_2023

Percentage ten opzichte van de bevolking van 15 tot en met 64 jaar, de potentiele beroepsbevolking.

bron: UWV werkbedrijf

Toelichting: gemiddelde inkomens

Laatst aangepast: 22-02-2024

De gegevens over (besteedbare) inkomens van personen en huishoudens in de gemeente Groningen zijn afkomstig van het CBS.

De populatie waarvan de inkomens berekend zijn bestaat uit (personen in) particuliere huishoudens waarvan de hoofdkostwinner (en/of eventuele partner) een volledig jaarinkomen heeft en niet afhankelijk is van studiefinanciering. De inkomenscijfers zijn exclusief die van de studentenhuishoudens (tenzij anders vermeld).

De gemiddelde inkomens van personen en huishoudens bedroegen in 2021 respectievelijk €31.400 en €42.000 per jaar. dit is exclusief de personen in studentenhuishoudens. De inkomens in Groningen zijn daarmee gemiddeld genomen lager dan elders in Nederland. Ook in vergelijking met andere grote steden zijn de inkomens in de gemeente Groningen gemiddeld genomen veelal lager.
We zien bij de inkomensverdeling dat met name de laagste inkomensgroep relatief sterk is vertegenwoordigd in Groningen. Hierop zijn ten minste twee factoren van invloed: er bevinden zich in de gemeente relatief veel personen in een minimasituatie en Groningen heeft een relatief grote studentenpopulatie. Ook zij hebben doorgaans een laag inkomen.

In het navolgende worden enkele relevante cijfers voor de gemeente gepresenteerd. Voor een uitgebreider overzicht van de inkomenscijfers, bijvoorbeeld per buurt of wijk, kunt u het buurtinformatiesysteem Gronometer van OIS Groningen raadplegen.

N.B. Inkomensgegevens komen met een vertraging van twee jaar beschikbaar. Dit omdat de definitieve inkomens bekend moeten zijn voordat het CBS de statistieken kan maken.

Gemiddelde inkomens

Laatst aangepast: 22-02-2024

Gemiddeld inkomen, drie varianten: besteedbaar inkomen van huishoudens, gestandaardiseerd inkomen van huishoudens en gemiddeld inkomen van personen met inkomen, Groningen vergeleken met Nederland (2021)


Het gestandaardiseerde inkomen is het gemiddeld inkomen gecorrigeerd naar samenstelling en grootte van het huishouden.

Door het CBS wordt jaarlijks het gemiddelde inkomen van de Nederlandse bevolking onderzocht. Berekeningen van de gemiddelde inkomens kunnen na 2 jaar worden gemaakt, nadat de belastingdienst de inkomens definitief heeft vastgesteld.

De resultaten worden bekend gemaakt in de inkomensstatistieken. De inkomensgegevens worden weergegeven van twee groepen: Alle inwoners met inkomen en huishoudens. Het huishoudinkomen bestaat uit de som van de inkomens van de afzonderlijke leden van een huishouden. Bij de berekeningen van de huishoudensinkomens worden de studenten- en institutionele huishoudens buiten beschouwing gelaten. De koopkracht geeft informatie over het gemiddelde inkomen van de bevolking ten opzichte van Nederland als geheel (Nederland=100). De koopkracht wordt berekend aan de hand van het gestandaardiseerd inkomen van huishoudens: het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden.

Het besteedbaar inkomen is het bruto inkomen verminderd met belastingen en premies.

Het gestandaardiseerde inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden.

Het inkomen van personen met inkomen is dat van personen met een heel jaarinkomen.

Bron: Inkomensstatistieken (CBS)

Inkomens naar 20 procentgroepen

Laatst aangepast: 22-02-2024

Inkomens in 20 procents groepen naar aantal huishoudens, Groningen vergeleken met Nederland (2021)


Bij de 20 procentsverdeling worden alle huishoudens in Nederland qua hoogte van het gestandaardiseerde inkoemen verdeeld in 5 gelijke groepen, van arm naar rijk. Om de gemeente Groningen in landelijk perspectief te zetten kijken we hoe veel Groningse huishoudens in de 5 groepen vallen.

Bron: Inkomensstatistieken (CBS)

Gemiddeld inkomen - koopkrachtindex

Laatst aangepast: 22-02-2024

Koopkrachtindex 2021, Nederland=100


De koopkrachtindex wordt berekend door het gestandaardiseerde huishoudensinkomen te vergelijken met dat van Nederland gemiddeld, waarbij we het gemiddeld inkomen de huishoudens in Nederland op 100 stellen.

Ten opzichte van de oude gemeente Groningen is de koopkracht van de nieuwe gemeente Groningen dichter bij het gemiddelde komen te liggen.

Bron: Inkomensstatistieken (CBS)

Inkomsten naar bron

Laatst aangepast 29-01-2024

Inkomsten naar bron van het inkomen, Groningen en Nederland, percentages, 2021

Bron: Inkomensstatistieken (CBS)

Inleiding: Armoede en minima

Laatst aangepast: 07-07-2023

In dit onderdeel gaan we in op de groepen inwoners van de gemeente Groningen die leven van een inkomen onder of rond het beleidsmatig minimum en/of moeite hebben om rond te komen. Armoede is daarbij: (langdurig) niet voldoende financiële middelen hebben om (zelfstandig) te voorzien in de minimaal noodzakelijke goederen en voorzieningen voor een volwaardig leven.

Eerst volgen cijfers over inkomens afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). We kijken naar huishoudens met een huishoudensinkomen lager dan 110% van het beleidsmatig minimum. Ook kijken we naar de personen en kinderen in deze huishoudens. Studentenhuishoudens blijven hierbij buiten beschouwing. Het beleidsmatig minimum is ongeveer even hoog als een bijstandsuitkering.
Verder brengen we een aantal andere kenmerken in beeld, zoals de duur van het lage inkomen.
Deze gegevens geven een objectief beeld van de mate van armoede in de gemeente en de ontwikkeling daarvan. En we kunnen die vergelijken met andere gemeenten en regio's.

Er zijn ook cijfers uit eigen gemeentelijk onderzoek. In de Enquête leefbaarheid is inwoners gevraagd naar het netto besteedbaar inkomen (in categorieën). Er is ook gevraagd naar de moeite die het kost om rond te komen, en naar de toekomstverwachting voor het inkomen.
Dit reikt verder dan feitelijke inkomens. Bij 'kunnen rondkomen' gaat het over de balans tussen inkomsten en uitgaven, en in hoeverre iemand hierover regie heeft en financieel zelfstandig is. Iemand met een hoger inkomen kan bijvoorbeeld vastzitten aan hoge kosten, en daardoor moeite ondervinden met rondkomen. En iemand met een laag inkomen kan er zo goed in zijn om de tering naar nering te zetten, dat het goed lukt om rond te komen. Deze vraag geeft ook een indicatie over hoe 'duur' de inwoners het leven op dit moment vinden, zowel minima als niet-minima.

Minima huishoudens

Laatst aangepast: 03-08-2021

De gemeente Groningen behoort tot de gemeenten in Nederland met het hoogste aandeel huishoudens in armoede (zie ook: Sociaal Cultureel Planbureau (SCP); 2019).

Kijken we naar het percentage huishoudens dat zich 1 jaar of langer in een minimasituatie bevindt op basis van de gehanteerde definitie van het CBS, dan valt op dat Groningen hierin zelfs na Rotterdam het hoogste scoort met 13,6% (2019), 7,2% bevindt zich reeds 4 jaar of langer in deze situatie.
Van het aantal minderjarige kinderen in de gemeente Groningen groeide in 2019 12,9% ervan op in een huishouden dat zich in een minimasituatie bevindt en dus rond moet komen van een huishoudinkomen tot 110% van het sociaal minimum. Dit komt neer op iets minder dan 1 op de 8 minderjarige kinderen.

In totaal waren er in de (nieuwe) gemeente in 2018 17.200 minimahuishoudens. De grootste leeftijdsgroep onder minima wordt in Groningen in gevormd door huishoudens van 25 tot 45 jaar (38%) (de hoofdkostwinner), gevolgd door de groep 45 tot 65 jaar (35%). Van de minimahuishoudens valt 1 op de 5 binnen de groep 65 jaar en ouder. Het merendeel van de minimahuishoudens bestaat uit een eenpersoonshuishouden (75,7%), daarna volgen eenouderhuishoudens (11%). Stellen bevinden zich dus relatief gezien aanzienlijk minder vaak in een minimasituatie.
Het grootste deel van de minima in Groningen bestaat tevens uit huishoudens met een Nederlandse achtergrond (67%), 22% van de minimahuishoudens kent een niet-westerse migratieachtergrond. Binnen de huishoudgroepen met een migratieachtergrond (westers en niet-westers) komen minimasituaties wel beduidend vaker voor dan onder Nederlandse huishoudens; waar dit binnen de Nederlandse huishoudens 14% betreft, is dit binnen de andere twee groepen respectievelijk 19% en 40,8%.

Ruim 80% van de mensen dat zich in een werkloosheidssituatie bevindt, behoort tot de minimagroep. Dit is met 50% ook de grootste groep huishoudens binnen de totale minimagroep, wanneer we kijken naar de primaire inkomstenbron. 1 op de 5 minima heeft een pensioen als voornaamste inkomstenbron, 20% van de minima is werknemer of zelfstandige en heeft inkomsten uit betaald werk.

Minima top 6 gemeenten

Laatst aangepast: 22-02-2024

% Huishoudens behorend tot minima, naar duur (2022)


Onder minima verstaan we hier personen of huishoudens behorend tot de doelpopulatie met een huishoudensinkomen tot 110% van het beleidsmatig minimum.

Groningen vergeleken met een aantal grote en middelgrote gemeenten.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken/ SSB

Minima naar duur

Laatst aangepast: 22-02-2024

% Huishoudens langdurig behorend tot minima, (ontwikkeling 2016-2022), Groningen en Nederland

Het zijn de huishoudens die een inkomen hebben tot maximaal 110% van het sociaal minimum, langdurig is 4 jaar of langer.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Minima naar leeftijd

Laatst aangepast: 13-12-2023

Huishoudens met een laag inkomen naar leeftijdsklasse van de hoofdkostwinner.

Percentage minima per groep (links) en de verdeling van de groepen op het totaal, 2018

Inkomens minima HH naar leeftijd

Inkomens tot 110% van het sociaal minimum.

Het betreft de nieuwe gemeente Groningen, exclusief studentenhuishoudens.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Minima naar type huishouden

Laatst aangepast: 18-12-2023

Huishoudens met een laag inkomen naar naar type huishouden.

Percentage minima per groep (links) en de verdeling van de groepen op het totaal, 2018

Inkomens minima HH naar type

Inkomens tot 110% van het sociaal minimum. Het betreft de nieuwe gemeente Groningen, exclusief studentenhuishoudens.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Minima naar migratieachtergrond

Laatst aangepast: 13-12-2023

Huishoudens met een laag inkomen naar migratieachtergrond van de hoofdkostwinner.

Percentage minima per groep (links) en de verdeling van de groepen op het totaal, 2018

Inkomens minima HH naar migratieachtergrond

Inkomens tot 110% van het sociaal minimum.

Het betreft de nieuwe gemeente Groningen, exclusief studentenhuishoudens.

Migratieachtergrond volgens de definitie van het CBS: Bij de bepaling van het herkomstland zijn de geboortelanden van de betreffende persoon, de moeder en de vader bepalend voor de indeling. Het zijn personen die zelf in het buitenland geboren zijn of waarvan tenminste één ouder in het buitenland is geboren. Uitzondering zijn in het buitenland geboren personen waarvan beide ouders in Nederland zijn geboren, deze worden tot de Autochtonen gerekend.

Westers: Herkomstgroepering een van de landen in Europa (excl. Turkije), Noord-Amerika, Australië/Oceanië, Indonesië, voormalig Ned. Indië/nw Guinea of Japan.

Niet-westers: Herkomstgroepering een van de landen in de werelddelen Afrika, Latijns-Amerika en Azië (excl. Indonesië en Japan) of Turkije.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Minima naar primaire inkomstenbron

Laatst aangepast: 13-12-2023

Huishoudens met een laag inkomen naar type primaire inkomstenbron in het huishouden.

Percentage minima per groep (links) en de verdeling van de groepen op het totaal, 2018

Inkomens minima HH naar inkomstenbron

Inkomens tot 110% van het sociaal minimum.

Het betreft de nieuwe gemeente Groningen, exclusief studentenhuishoudens.

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Minima huishoudens, algemeen

Laatst aangepast: 06-03-2023

Percentage minima: totaal van alle huishoudens, percentage personen dat leeft in minimahuishoudens, percentage huishoudens met kinderen die tot de minima behoren en percentage kinderen (0 t/m 17 jaar) dat in minimahuishoudens leeft, 2020

Inkomens algemeen 2020.png

Minimahuishoudens hebben een inkomen tot 110% van het beleidsmatig minimum

Exclusief (personen in) studentenhuishoudens

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Kinderen in minimahuishouden - wijken

Laatst aangepast: 30-12-2022

Percentage kinderen (0 t/m 17 jaar) opgroeiend in een huishouden met een inkomen tot 110% van het beleidsmatig minimum, gemeente en een aantal wijken (2020)

Bron: CBS, Inkomensstatistieken

Toelichting: percepties rondkomen

Laatst aangepast: 05-09-2019

Ca. 15% van de bevraagde volwassenen ervoer in 2022 (veel) moeite met het rondkomen van het eigen huishoudinkomen, dit percentage is aanmerkelijk hoger dan in 2018 en 2020, toen 9%. De toekomstverwachting over de eigen inkomenssituatie: 32% van de volwassenen verwachtte in 2022 dat deze in de komende twee jaar gelijk blijft of vooruit zal gaan, dit percentage is lager dan in 2018 en 2020, toen 38%.

Inwoners met een inkomen onder of rond het sociaal minimum ervaren - naar verwachting - de meeste moeite met rondkomen. De verschillen tussen de buurten en wijken binnen de gemeente op dit vlak zijn in lijn met de eerder beschreven inkomensverschillen. In De Hoogte en de Indische Buurt ervaren veel mensen moeite, ook in de Binnenstad, met veel studenten is dit percentage hoog, 26%.
Ten aanzien van de toekomstverwachting zijn ouderen doorgaans het minst positief over de inkomensontwikkeling, daarnaast zien we dat in de buurten en wijken waar relatief veel huishoudens wonen met een gemiddeld genomen hoog inkomen ook op dit vlak minder positief scoren. Het is opvallend om te zien dat de buurten en wijken waar relatief veel jongeren (en studenten) woonachtig zijn, met name de woongebieden in en rond het centrum, het meest gunstig scoren ten aanzien van de ontwikkeling op dit vlak.

Moeite met rondkomen

Laatst aangepast:

% Bewoners (18 jaar e.o.) dat zegt moeite te hebben met rondkomen van het huishoudinkomen (ontwikkeling 2018-2022)

Bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid

Toekomstverwachting rondkomen

Laatst aangepast:

% Bewoners (18 jaar e.o.) dat aangeeft te verwachten dat de inkomenssituatie van het huishouden de komende twee jaar gelijk blijft of vooruit zal gaan (ontwikkeling 2020-2022)


Betreft het percentage mensen dat verwacht dat het inkomen er op vooruit zal gaan, een aantal aandachtswijken vergeleken met het gemeentelijk gemiddelde.

Bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid

Inleiding: arbeidsparticipatie

Laatst aangepast: 05-09-2019

In dit subthema wordt informatie geboden over de mate van arbeidsparticipatie onder de (potentiële) beroepsbevolking van de gemeente Groningen. Een voorwaarde om financieel redzaam te kunnen zijn, en daarmee uit een situatie in armoede te kunnen klimmen dan wel te blijven, is het hebben van voldoende inkomen en stabiliteit hierin over een langere periode. Het hebben van een eigen inkomen uit betaald werk is hierbij in veel gevallen de eerste basis. Er wordt onder meer gekeken naar de groep mensen dat niet werkzaam is. Ook wordt gekeken naar achtergrondkenmerken van deze groep.

Hier staan totalen GWU, (Geregistreerd Werkzoekenden UWV) voor GWU per buurt en wijk zie het buurtinformatiesysteem Gronometer.

Voor vergelijking van Groningen met een aantal grote en middelgrote gemeenten zie deze tabel met als bron het UWV werkbedrijf.

Arbeidsparticipatie

Laatst aangepast: 06-12-2023

Potentiele beroepsbevolking, werkenden en het deel daarvan wat in de gemeente Groningen werkt.


De potentiële beroepsbevolking is het aantal inwoners van 15 tot en met 64 jaar.

bron: gemeente Groningen, CBS

Werkloosheid als probleem in de wijken

Laatst aangepast: 20-09-2023

% Bewoners (18 jaar e.o.) dat aangeeft dat werkloosheid/armoede/schulden het belangrijkste probleem is in de wijk (ontwikkeling 2018-2022)


% inwoners va 18 jaar en ouder dat vindt dat Werkloosheid/armoede/schulden het belangrijkste probleem in de wijk is.

De wijken met de hoogste percentages vergeleken met het gemeentelijk gemiddelde en met de wijk met de laagste percentages.

Bron: OIS Groningen, enquête leefbaarheid

Toelichting: werklozen (GWU)

Laatst aangepast: 20-09-2023

GWU wordt gedefinieerd als 'Werkzoekenden die bij UWV staan geregistreerd met een WW-, bijstands-, WAJONG-, WAO- of WGA-uitkering, of die als werkzoekenden een CV op Werk.nl hebben geplaatst zonder te beschikken over een dienstverband (van minimaal 1 uur), voor zover bij UWV bekend'.

In de figuur staat het percentage GWU van de potentiele beroepsbevolking (inwoners van 15 t/m 64 jaar)

Zie voor de cijfers per buurt: Gronometer

In de grafiek staat het percentage Geregistreerd Werkzoekenden UWV (GWU)


GWU: Geregistreerd Werkzoekenden UWV. Het gaat hier om de niet werkenden gedeeld op de potentiële beroepsbevolking, het aantal inwoners van 15 tot en met 64 jaar. Peildata: ultimo voorgaand jaar/ 1 januari.

Bron: UWV Werkbedrijf, gemeente Groningen

GWU naar leeftijd en geslacht

Laatst aangepast 20-09-2023

GWU naar leeftijd en geslacht, ultimo voorgaand jaar

Bron: UWV Werkbedrijf

GWU naar opleidingsniveau

Laatst aangepast 20-09-2023

GWU naar opleidingsniveau, ultimo voorgaand jaar


Laag = geen, basisonderwijs, vmbo, mbo 1,2 Midden = havo, vwo, mbo 3,4 Hoog = hbo, wo

De aantallen zijn zonder opleidingsniveau onbekend.

Bron: UWV Werkbedrijf

GWU in de wijken

Laatst aangepast: 20-09-2023

% Geregistreerde werkzoekenden UWV op de totale potentiële beroepsbevolking in een aantal wijken (ontwikkeling 2018-2023)

De wijken met de hoogste percentages GWU zijn vergeleken met het gemeentelijke gemiddelde. Het percentage is berekend uit het absuluut aantal GWU gedeeld door de bevolking van 15 tot en met 64 jaar.

Bron: UWV Werkbedrijf, gemeente Groningen

GWU, Groningen vergeleken

Laatst aangepast 13-07-2022

GWU, percentage van de beroepsbevolking, Groningen vergeleken , januari 2022


GWU gedeeld op de beroepsbevolking (CBS), Dit percentage wijkt af dat in de van de overige grafieken doordat de beroepsbevolking (CBS) afwijkt van de potentiele beroepsbevolking.

De beroepsbevolking voor de stedenvergelijking is gebaseerd op de groep 15-75 jaar die werken of werkloos zijn (definitie CBS). Personen die niet werken en ook niet op zoek zijn naar werk horen daar dus niet bij.

Bron: UWV Werkbedrijf, CBS

Uitkeringen - naar soort

Laatst aangepast: 24-01-2024

Aantal uitkeringen naar soort, ultimo voorgaand jaar/1 januari (ontwikkeling 2014-2024)


De uitkeringen Werkeloosheidswet (WW) en de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen zijn van personen. De uitkeringen Participatiewet en IOAW (uitkering voor oudere werklozen) zijn per huishouden, een huishouden kan uit 1 persoon bestaan.

Onder de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen vallen de WOA, Wajong, WAZ en WIA.

Aantallen vanaf 2019 de nieuwe gemeente. Voor aantal uitkeringen Participatiewet per buurt zie het buurtinformatiesysteem Gronometer

Bron: UWV, gemeente Groningen

Uitkeringen participatiewet naar duur

Laatst aangepast 24-01-2024

Uitkeringen participatiewet en IOAW/Z naar duur van de uitkering, 2021 en 2024

Uitkeringen participatiewet duur

bron: Gemeente Groningen

Uitkeringen participatiewet naar leeftijdsgroep

Laatst aangepast: 24-01-2024

Uitkeringen participatiewet en IOAW/Z naar leeftijdsgroep, 2017-2024


Uitkeringen participatewet en IOAW/Z

bron: Gemeente Groningen

WW uitkeringen

Laatst aangepast 24-01-2024

Aantal werkloosheids (WW) uitkeringen ultimo voorgaand jaar

Bron: UWV werkbedrijf

In- en uitstroom WW uitkeringen

Laatst aangepast 13-12-2023

In- en uitstroom van WW uitkeringen per jaar, uitstroom naar reden van uitstroom.

WW in-uitstroom

Bron: UWV werkbedrijf

Uitkeringen arbeidsongeschiktheid

Laatst aangepast 13-12-2023

Uitkeringen arbeidsongeschiktheid naar soort uitkering, ultimo voorgaand jaar

WAO =Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering

WIA = Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

Wajong = Wet werk en arbeidsondersteuning Jonggehandicapten

WAZ = Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen

Bron: UWV werkbedrijf